Pruimen

Pruimen zijn steenvruchten met zacht vruchtvlees. Net als kersen of abrikozen. Pruimen zijn rijp in de nazomer. Je kunt pruimen met schil eten. De kleur loopt uiteen van blauwzwart tot rood en geel. Ze smaken lekker zoet, sommige variëteiten zijn zoetzuur of aangenaam zuur.

Bereiden en bewaren

OOK WEL GENOEMD:

Pruimen

Pruim

Steenvrucht

Informatie

Pruimen kopen en bewaren

Kies stevige exemplaren met een gave schil. De vruchten mogen bij lichte vingerdruk iets meegeven. Laat gedeukte exemplaren liggen. Te harde pruimen zijn nog niet rijp genoeg. Ze rijpen na op de fruitschaal.

Zelf pruimen telen

Een pruimenboom planten en onderhouden is niet moeilijk, maar houd er rekening mee dat de boom behoorlijk de hoogte in groeit. Wil je meer weten over hoe je je eigen pruimen kunt kweken? Neem dan een kijkje op de website van Mijn Keukentuintje.

Hoeveel weegt een pruim?

Pruimen met schil (zonder pit): 40 gram

Teelt/Seizoen pruimen

Pruimen zijn steenvruchten. Pruimen groeien aan bomen die 3 tot 7 meter hoog kunnen worden.

De pruimen uit Nederland staan hoog aangeschreven, omdat de kwaliteit van telen hier bijzonder hoog is.
Nederlandse pruimen zijn in het seizoen van juli t/m september.

Enkele soorten pruimen zijn:

Reine Claude d'Oullins: groot met een groene tot gele schil.
Reine Claude d'Althan: roodpaars met een goudgeel vruchtvlees.
Reine Claude Crottée: klein met een groengele schil.
Opal: groot met een paarsrode schil.
Monsieur Hâtif: langwerpig met een paarse kleur en geel vruchtvlees.
Czar: klein en paarsblauw.
Tragedie: langwerpig, geel met donkerrode vlekken.
Victoria: langwerpig en roodgeel.
De dubbele bakpruim: blauw met geel vruchtvlees.

Tip

Reken 3 stuks pruimen voor 1 keer fruit.

Kinderen vinden dit ook heerlijk als tussendoortje!

Pruimen smaak

Pruimen smaken lekker zoet, sommige variëteiten zijn zoetzuur of aangenaam zuur.

Pruimen kun je zo uit de hand eten, maar kunt de pruim ook zo gebruiken:

In magere/halfvolle yoghurt of kwark.
Voor compote.
Als dessert met laagje kruimeldeeg uit de oven.
In mousse.
Gepocheerd met b.v. kardemom of kaneel.
Gestoofd bij gevogelte of vlees.
In sauzen, b.v. zoetzure saus voor bij eend, lams- of varkensvlees.
Voor jam (door hun hoge vruchtsuikergehalte zijn vooral pruimen met een gele schil geschikt).